Na een regeringsperiode van 87 dagen werd Keizer Publius Helvius Pertinax door de gardesoldaten vermoord. Vervolgens boden de Praetoriaanse gardisten de keizerskroon aan aan de hoogste bieder, Marcus Didius Severus Julianus. In de provincie riepen legereenheden hun eigen keizers uit, namelijk D. Clodius Septimius Albinus (troepen in Brittannië), Gaius Pescennius Niger Justus (legioenen in Syrië) en de in Noord-Afrika geboren Lucius Septimius Severus (146-211, troepen aan de Donau). Uiteindelijk versloeg Septimius Severus zijn rivalen en werd door de Senaat erkend als keizer.
Toelichting